Andrew Dawson is een nieuwkomer voor Stichting Zaadgoed. Andrew is een jonge, enthousiaste veredelaar die zijn zinnen heeft gezet op de veredeling van een biologische vollegronds tomaat. Voor zijn selectieveld en -werk heeft hij onderdak en aanspraak gevonden bij de Zaderij.

“Ik heb al lang een passie voor groenteteelt maar het was pas tijdens mijn studie Biologische landbouw in Wageningen dat ik ben begonnen met veredeling. Ik las heel veel hierover (voor de geïnteresseerde o.a: Deppe, Allard, Fehr, Poehlman, Sleper, Janick, Burbank, Michurin, Tsitsin). Sindsdien ben ik elke jaar bezig met veredeling. Dit doe ik naast mijn werk bij Wageningen University & Research, waar ik projectleider Agroecologie ben. Dus ik ben ook geïnspireerd door mijn dagelijkse werk. Ik zie de noodzaak voor nieuwe rassen voor de teelt van groente, akkerbouw, fruit en noten. Wat ik zo mooi vind van veredeling is dat je kunst en wetenschap kan combineren. Met elke project en elke kruising begin je als het ware een ontdekkingsreis, daardoor blijft het spannend en verrassend.”

In Nederland worden de meeste tomaten, ook in de biologische landbouw, in de kas of tunnel geteeld. ‘Dit moet ook in de vollegrond kunnen’, dacht Andrew. Zijn wens: een smaakvolle, zaadvaste tomaat die goed in de vollegrond te telen is. Bij het uitzoeken van rassen om mee te beginnen heeft hij zich voornamelijk gericht op vroegheid (65 dagen) en resistentie tegen Phytophthora infestans, de vrees van menig tuinder. Hij was ook geïnspireerd door de ontwikkeling van Phytophthora resistente aardappelrassen bij o.a. Niek Vos. Hij heeft veel gelezen over vroege rassen en resistentie en op basis daarvan tomatenrassen uitgekozen voor de veldproeven. Drie jaar geleden is hij begonnen met het toetsen van deze rassen op geschiktheid voor de vollegrondteelt en breidt hij het aantal rassen jaarlijks uit. De meest veelbelovende rassen heeft hij onderling gekruist. Daar zijn nu een aantal lijnen uitgekomen waar hij verder in gaat selecteren. In een later stadium zullen de lijnen in familieverband worden geteeld. Van de beste families wordt dan het zaad geoogst voor de teelt.

Daarnaast onderzoekt Andrew de mogelijkheid om te kruisen met wildere tomaten soorten. Deze blijken vaak resistent tegen Phytophthora, maar zijn moeilijk te telen en geven kleine tomaatjes. Door kruisingen en selectie wil Andrew de beste eigenschappen combineren. “Ik kijk naar de lange termijn en weet dat het gaat lukken. Dankzij de steun van Stichting Zaadgoed heb ik het project kunnen uitbreiden en kunnen samenwerken met een boer. Hierdoor heb ik in 2020 rond 40 verschillende rassen en populaties kunnen telen.