De zoete lupine

Met de nieuwe donateurschallenge gaan we samen zoete lupines telen. Alle donateurs hebben daarvoor een zakje ontvangen met lupinezaadjes. Ze komen van Edwin Nuijten, veredelaar bij de Beersche Hoeve en bestuurslid van Stichting Zaadgoed. Samen met Jos Jeuken wil hij een eetbare, kalktolerante, zoete lupine ontwikkelen die in de belangrijkste Nederlandse akkerbouwgebieden met jonge zeeklei kan groeien. De meeste lupines kunnen namelijk niet goed tegen hoge kalkgehaltes in jonge zeeklei. Ook zijn de meeste rassen legeringsgevoelig (dan vallen ze om na een zware regenbui), niet zoet genoeg (het giftige alkaloïdegehalte is te hoog) of ze brengen te weinig op. Van de lupines in onze tuinen is het alkaloïdegehalte te hoog en die zijn dus giftig en niet eetbaar.

Jos en Edwin hebben de eerste jaren vooral geselecteerd op een laag alkaloïdegehalte (zoetheid), vroege kieming en goede opbrengst door binnen plantnakomelingschappen de planten die niet aan deze eisen voldeden uit het veld te halen (negatieve massaselectie). De overgebleven lijnen zijn kalktolerant en kiemen voldoende vroeg. Alhoewel veel lijnen al laag genoeg zijn in het alkaloïdegehalte blijft zoetheid, naast opbrengst en uniformiteit, aandacht vragen. De zaden in de zakjes komen uit de oogst van 2020. De ongekookte versie voldoet bijna aan de norm voor het alkaloïdegehalte. Door ze te koken neemt het alkaloïdegehalte af en voldoen ze wel aan de norm.

Maar waarom zou je de zoete lupine willen veredelen? Omdat lupine is een zeer eiwitrijk gewas is, kan het op den duur soja vervangen, zowel in het menselijke als dierlijke dieet. Nog een pluspunt; lupine kan ook in het teeltplan van het boerenbedrijf een positieve rol spelen omdat het als vlinderbloemige de bodem verbetert door stikstof uit de lucht om te zetten in nitraat in de bodem. In Europa wordt maar weinig aan veredeling van witte lupine gedaan. Daarom is het aantal (buitenlandse) telers met interesse voor deze Neder-lupine groeiende. Het ziet er veelbelovend uit.

 

Zaai en oogst mee!

Als donateur heeft u van ons een gratis zakje lupinezaadjes ontvangen. Geniet met ons van de bloemen en smaak van de bonen. Laat u uitdagen! Zaai en oogst uw eigen lupinezaden en proef ze met vrienden en bekenden om zo nog meer mensen mee te laten genieten. Bent u donateur, maar heeft u (nog) geen zaden ontvangen en wilt u toch meedoen? Stuur ons dan een bericht via: info@zaadgoed.nl. Bent u nog geen donateur? Word hier donateur en ontvang van ons een hartelijk welkom mét een zakje lupinezaadjes!

Samen met ons nog iets anders telen? Kijk ook bij onze wortelchallenge en tomatenchallenge!

HET GROEIPROCES VAN DE LUPINE

Ontkiemen
Zaailingen
De jonge plant
Afrijpen
Oogstklaar

Lupines, u kent ze wel. Paars, blauw, geel… zo mooi. Hommels, bijen en vlinders zijn er ook dol op. De zaden van deze sierlupine kun je niet eten. Ze bevatten een hoog gehalte aan alkaloïde en dat is giftig. Lupineszaden zijn echter ook een goede bron van eiwitten. Een lupineplant ontwikkelen die minder giftig is, was dus geen gek idee. De Duitse scheikundige Ernst Otto Beckmann deed hiervoor zijn best, maar testte het alkaloïdegehalte van het zaad door zelf te proeven. Dat liep fataal af in 1923. De doorbraak kwam zo’n tien jaar later. Landbouwwetenschapper Reinhold von Sengbusch (1898-1985) wist een selectiemethode te ontwikkelen, waarmee hij snel uit wel 1,5 miljoen lupineplanten díe exemplaren wist te selecteren die heel weinig of zelfs geen alkaloïde bevatten. Dat waren er de eerste keer drie (!!). Met deze snelle selectiemethode kon hij steeds verder gaan in zijn veredelingsproces. De door hem ontwikkelde methode verscheen in 1942 voor het eerst in een wetenschappelijk tijdschrift. Reinhold von Sengbush had een doorbraak bereikt in het veredelen van wilde planten naar cultuurplanten. Hij werkte met de blauwe, gele en witte lupine. De zaden van de doorontwikkelde, inmiddels ‘zoete’ lupines bleken goed eetbaar geworden

De zaden zijn rijk aan eiwit en doen het goed als vleesvervanger. Edwin Nuijten, veredelaar en bestuurslid van Stichting Zaadgoed werkt samen met Jos en Joep Jeuken aan een witte variant die ook op kalkrijke kleigrond kan groeien. Wat niet wegneemt dat ze het ook prima doen op zandgrond. Zaait u mee?

TEELTTIPS

De witte lupine van deze challenge, groeit het liefst op een zandige bodem, maar deze kunnen ook op klei met veel (koolzure) kalk groeien. Om de zaadjes te laten groeien stop je ze begin april in de grond, ongeveer een halve duim diep. Ze vinden het fijn als ze op een vochtige ondergrond komen te liggen, dan kunnen ze goed kiemen. In de Flevopolder kunnen ze zelfs dan een maand zonder water, maar dat zal op het balkon in een pot niet gaan lukken.

Plantafstand 15x15 cm; planthoogte 60 cm; zaai in april-mei in redelijk vochtige, zurige grond op een zonnige plek en niet nabij giftige sierlupinen (in verband met eventuele kruisbestuiving), af en toe water geven, oogst na 4-6 maanden als de peulen bruin, hard en kurkdroog zijn. Tien planten leveren 400-600 zaden.

  • Na de hoofdbloei maken de zijtakken van de planten ook bloemen, normaliter  2 x.
  • De planten zijn eind augustus/begin september afgerijpt.
  • Ze hoeven niet veel mest, maar houden wel van regelmatig water geven, vooral op een wat drogere grond.
  • Een bodem met een slechte structuur vinden ze niet fijn, daar houden hun wortels niet van. Echter, de plant kan er wel voor een betere bodem voor de volgende teelt zorgen.
  • Wil je volgend jaar weer eetbare zaden telen? Gebruik dan niet de door jezelf geoogste zaden, maar neem opnieuw geselecteerd zaad. Het alkaloïdegehalte neemt bij elke volgende generatie planten namelijk weer toe. Wil je de lupine zaaien als groenbemester of voor de bloemen? Dan kun je prima je zelfgeoogste zaad gebruiken.

U kunt foto's van uw lupines en ervaringen naar ons mailen. Wij zijn natuurlijk ook erg benieuwd of u er zelf al culinair mee geëxperimenteerd heeft. We delen uw ervaringen graag met andere donateurs via de website. Laat van u horen!

Stuur ons uw ervaringen, foto's en recepten: secretariaat@zaadgoed.nl

Of per post naar:

Stichting Zaadgoed
Postbus 127
3700 AC Zeist

RECEPTEN MET LUPINE

Lupine weken en koken

Lupine is een peulvrucht en zoals een bruine boon niet lijkt op een kikkererwt of tuinboon, zo heeft ook de lupine een eigen smaak. En daar valt niet over te twisten! Of je die smaak naar voren laat komen in een gerecht of juist een beetje verdoezelt, mag je uiteraard zelf weten. Net als bij andere peulvruchten, moet je de droge lupinebonen eerst weken. Doe dat een nacht in ruim water (verhouding 1 deel bonen : 4 delen water). De bonen absorberen veel vocht en ‘groeien’ echt. Daarna het weekwater wegspoelen en de bonen weer onder water zetten en anderhalf uur zachtjes koken, eventueel met een beetje zout. Er kan eiwitschuim tijdens het koken ontstaan. Dit kun je er af scheppen. Als de bonen gaar zijn, kun je ze zo eten of verwerken in een gerecht.  Als je meer bonen tegelijk kookt kun je ook porties invriezen voor later gebruik. 400 gram droge peulen geven een kilo bonen geweekte (gekookte) bonen.

Eetbare lupinezaden bevatten tussen de 30 en 40 % eiwit, waarin alle essentiële aminozuren vertegenwoordigd zijn. Er zitten veel vezels in en geen gluten. In lupine zitten B-vitamines en mineralen, zoals ijzer, calcium en zink. Meer informatie, klik hier.

Mensen met een pinda-allergie moeten even opletten. Zij kunnen ook een allergisch zijn voor lupine. Meer informatie, klik hier.

Hartige muffins

Deze muffins zijn glutenvrij en kun je als vleesvervanger serveren bij de maaltijd.

Voor 4 grote muffins

  • 225 gram gekookte lupine
  • 1 ei
  • 2 eetlepels crème fraîche of 30 gram roomboter
  • 1 gesnipperde ui
  • 250 gram champignons
  • zout en peper
  • scheutje soyu of magi of wat lavas
  • Smaaksuggesties:
  • stukjes paprika
  • verse koriander
  • mais
  • (blauwschimmel) kaas

Bereiding

  1. Snijd de champignons in kleine stukjes, snipper de ui en pel de knoflook.
  2. Bak de ui, champignons en geperste knoflook even lichtbruin in een koekenpan.
  3. Maal de gekookte lupines fijn in een keukenmachine of met een staafmixer.
  4. Mix er doorheen: het ei, crème fraîche (of roomboter), zout, peper en soyu.
  5. Roer met een lepel de gebakken ui, champignons en knoflook door het mengsel.  Voeg eventueel een andere smaak toe, bijvoorbeeld wat stukjes paprika, mais, verse koriander of kaas.
  6. Vet een muffinvorm goed in of gebruik vetvrij papier of speciale papieren muffinvormpjes.
  7. Verdeel het mengsel over de vormpjes en bak de muffins op 200 graden in ongeveer 20 minuten gaar. Prik even in de muffins om te zien of ze gaar zijn.

Zoete muffins

Deze muffins zijn glutenvrij en minder vet dan muffins met bloem, boter en ei. De structuur is een beetje korrelig en misschien iets droger dan je gewend bent.

Voor 4 grote muffins

  • 225 gram gekookte lupine
  • 1 ei
  • 30 gram suiker (waaronder zakje vanillesuiker)
  • 2 eetlepels crème fraîche of 30 gram roomboter
  • 1 theelepel geraspte citroenschil
  • Smaaksuggesties:
  • rozijnen
  • kardemom
  • kokos

 

Bereiding

Maal de gekookte lupines fijn in een keukenmachine of met een staafmixer.

Mix er doorheen: het ei, de suiker, crème fraîche (of roomboter) en citroenschil. Voeg eventueel een smaak toe, bijvoorbeeld wat rozijnen, kardemom of kokos.

Vet een muffinvorm goed in of gebruik vetvrij papier of speciale papieren muffinvormpjes.

Verdeel het mengsel over de vormpjes en bak de muffins op 200 graden in ongeveer 20 minuten gaar. Prik even in de muffins om te zien of ze gaar zijn.

Lupinekoffie

Van lupinebonen maak je heerlijk cafeïne-arme koffie! In afgelegen bergdorpen in Oostenrijk was lupinekoffie tot 1920 zelfs de enige koffie die gedronken werd, koffiebonen waren daar nauwelijks te verkrijgen. Door een EU-project staat lupinekoffie sinds 2010 weer op de kaart.

Bereiding

  • Strooi op een bakblik een laag droge lupinezaden en rooster die gedurende 40-50 minuten bij een temperatuur van 150 graden. Kijk af en toe naar de kleur van de bonen. Donkerbruin is goed, zwart niet.
  • Als de bonen zijn afgekoeld kun je ze malen in een koffiemolen of (iets meer moeite) in een vijzel.
  • Lupinekoffie zet je als filterkoffie. Gebruik voor een mok ongeveer 2,5 dl water en 4 eetlepels lupinekoffie. Je houdt dan ongeveer 2 dl over.